Ingrediënten:
Deeg:
- 500 gram goldbloem
- 50 gram verse gist
- 10 gram zout
- 10 gram witte basterdsuiker
- 1 ei
- 200 ml melk
Gehaktvulling: (ong. 45 gram aangemaakt gehakt per worstenbroodje)
- 1 kg gehakt
- 100 gram paneermeel
- 16 gram zout
- 2 gram peper
- 1 gram nootmuskaat
- 1/4 theelepel gemberpoeder
- 1 ei
- 50 ml water
Bereiding:
Kneed de ingrediënten voor de vulling goed door elkaar. Verdeel het gehakt in 20 gelijke porties en vorm er worstjes van met een lengte van 12 cm. Leg de worstjes op een schaal, dek ze af en houd ze koel.
Maak op je werkblad een kring van de bloem, verkruimel hierin de gist. Giet nu langzaam de op kamertemperatuur water in de kring. De gist zal nu oplossen in het water.
De rest van de grondstoffen leg je tegen de buitenrand van de bloem. Je gaat nu vanaf de binnenkant beginnen met mengen. Dus de opgeloste gist met de bloem. Als laatste pak je de buitenste grondstoffen erdoor. Het deeg goed kneden zodat het zacht en soepel wordt. Uiteindelijk moet je van het deeg een dun vliesje kunnen trekken zonder dat het stuk gaat.
Het deeg nu opbollen en onder plastic leggen en even laten rijzen totdat het deeg bijna verdubbeld is.
Sla het deeg door en kneed het opnieuw lichtjes door. Verdeel het deeg nu in 20 gelijke porties.
Rol elk portie uit tot een langwerpig lapje van ongeveer 14 x 7,5 cm.
Leg een worst in het midden en vouw de boven en onderkant van het deeg naar binnen. Zorg dat de sluiting goed dicht is.
Leg ze met de naad naar onderen op de bakplaat en bestrijk ze met ei. Laat ze nu nog een keer voor 30 minuten narijzen.
Bak ze dan af in een voorverwarmde oven van 250°C (onder en bovenwarmte) voor ongeveer 10-15 minuten. De broodjes moeten goudbruin zijn en het gehakt doorbakken.
Eet ze lekker warm op. De worstenbroodjes zijn ook heel geschikt om in te vriezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten